Ons energiesysteem bestaat uit:

  1. De fijnstoffelijke lichamen/ energielichamen/ auralagen
  2. De chakra’s of energiecentra
  3. De nadi’s/ energiekanalen/ meridianen
  4. De levensenergie/ absolute energie/ prana/ chi/ ki

Historische voorstelling van een chakra- en nadidiagram uit Tibet. Behalve de 7 hoofdchakra’s zijn er een groot aantal secundaire chakra’s te zien en een heel netwerk van energiekanalen (nadi’s). Sommige teksten spreken over 350.000 nadi’s door welke de universele energie stroomt. Ze verenigen zich in 14 hoofdnadi’s, die op hun beurt met de chakra’s corresponderen.

De aura

De aura ofwel het subtiele lichaam is een elektromagnetisch krachtveld dat alle levende wezens doordringt en omringt. Het is onze energetische uitstraling. Het is de uitstraling die weergeeft hoe het met ons fysieke lichaam gesteld is. Met onze organen, met ons bewustzijn, onze ervaringen en onze emoties. Het auraveld dat ons omringt is weer een verlenging van-,  en samenwerking met de chakra’s die zich in ons lichaam bevinden. De aura is altijd in beweging en verandert dus van moment tot moment en van persoon tot persoon. Een aura kan klein zijn en ook een stuk groter worden. De aura zelf bestaat uit verschillende lagen.

De chakra’s

Het woord ‘chakra’ komt uit het Sanskriet en betekent ‘wiel’. Chakra’s zijn trechtervormige energiecentra. De chakra’s kun je zien als draaikolken van energie. Er zijn vele chakra’s aanwezig in het lichaam. Elk chakra heeft een relatie met specifieke organen, weefsels, emoties, levensgebieden, etc. De chakra’s zijn met elkaar weer verbonden door de subtielere energiebanen, de meridianen. De 7 hoofdchakra’s zijn de grootste en kunnen gezien worden als de belangrijkste chakra’s. De 7 chakra’s hebben allemaal een eigen functie en liggen op één lijn langs je ruggengraat: van je stuitje tot je kruin. Dankzij de moderne fysiologie hebben we kunnen vatstellen dat deze 7 chakra’s zich bevinden dichtbij de 7 voornaamste zenuwknopen die aan de wervelkolom ontspringen. De onderste drie chakra’s zijn meer verbonden met de aarde, de bovenste drie met de kosmos. Het hartchakra is de verbinding tussen aarde en kosmos.

Wanneer een chakra in balans is zal het open zijn, de energie kan zich goed manifesteren en doorgegeven worden aan de rest van het energiesysteem. Wanneer er een onbalans is in een chakra zal het meer gesloten zijn, er kunnen stagnaties optreden, de energie kan niet goed meer doorstromen naar de rest van het systeem. De oorzaken van een chakra dat uit balans is kan gezocht worden in vele richtingen. Ook hier komt weer holistisch gezondheidsmodel naar voren: fysiek, bio-chemisch, emotioneel/ mentaal, energetisch. Elk van deze gebieden heeft een wisselwerking met ons hele lichaam en energiesysteem en dus ook met de chakra’s. Door te kijken naar welk chakra uit balans is en welke gebieden daarmee samenhangen kan er gewerkt worden aan de weg naar heling en bewustwording.

Anodea Judith heeft in haar boeken op een prachtige manier de connectie gelegd tussen het chakrasysteem en verschillende (wetenschappelijke) systemen van ontwikkeling en zingeving. Zo zijn de ontwikkelingsgebieden die bij de 7 hoofdchakra’s horen overeenkomstig met bijvoorbeeld het individuatieproces van de psychiater Carl Gustav Jung (volgens Jung is het nodig, dat men eerst de superieure functie ontwikkelt – dit is de belangrijkste psychische taak van onze jeugdjaren. Pas daarna, als de mens zijn bewustzijn in de buitenwereld heeft verankerd, staat het hem vrij om de overige functies te ontwikkelen) en de behoeftenhiërarchie van Maslow.

Maslow’s hierarchy of needs

Het chakrasysteem en de gebieden van ontwikkeling